Interactieve lessenreeks: ONOMASTIEK

1 WAT IS ONOMASTIEK?

Onomastiek is de studie van eigennamen.  Antroponymie en toponymie zijn twee onderdelen van de onomastiek.  Antroponymie is de studie van voor-  en familienamen, terwijl toponymie de studie van plaatsnamen is.

  

2 ANTROPONYMIE: VOORNAMEN

Oorspronkelijk waren voornamen betekenisvol, maar vanaf de late Middeleeuwen veranderde dat.  De antroponymie legt zich erop toe de oorspronkelijke betekenissen van persoonsnamen te achterhalen.  Voornamen zijn sterk aan modes onderhevig en iedere generatie blijkt zijn eigen favoriete voornamen te hebben.  Iedere mode van voornamen zegt vaak iets over de tijdsgeest.  

2.1 Opdrachten (update 15.02.2010)

  1. Motieven om een voornaam te kiezen: Surf naar http://www.meertens.knaw.nl/voornamen/motieven.html en los de volgende vragen op:
    1. Hoe verschilt de top 5 van motieven voor jongensnamen van die van de meisjesnamen?
    2. Hoe kun je die verschillen verklaren?
    3. Welk motief hadden jouw ouders om jouw naam te kiezen?
    4. Ken je voorbeelden van mensen uit je omgeving die naar een beroemheid vernoemd zijn?  Zo ja naar wie?
    5. Wat vind jezelf het belangrijkste motief?  Leg uit.
  2. Surf naar http://www.statbel.fgov.be/
    1. Ga na hoeveel baby's vorig jaar in België ook jouw voornaam droegen?  Beperk je hiervoor niet tot de top 100.
    2. Bekijk op welke plaats de naam van je vader en moeder staan. Wat kun je daaruit besluiten?
    3. Bekijk de namen van allochtone afkomst voor Vlaanderen, Wallonië en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Wat kun je hieruit afleiden en geef hiervoor voorbeelden.
  3. Ga naar http://www.meertens.knaw.nl/voornamen/oorsprong.html en maak op een apart blad een overzicht van de verschillende soorten namen volgens hun oorsprong.
  4. Surf naar http://www.leuven.be.  Zoek op de site van de stad Leuven naar de regels voor naamgeving. Verzin vijf verschillende soorten voornamen die de Burgerlijke Stand om telkens een andere reden waarschijnlijk zal weigeren.
  5. Naar wie moet je een verzoek sturen om je voornaam te kunnen veranderen?  Zoek het antwoord via een zoekmachine op het Internet.
  6. Populariteit van voornamen:
    1. Gebruik http://www.kindengezin.be/zoekvoornaam/ van Kind en Gezin om de populariteit van je voornaam te bestuderen.
    2. Hoe populair was je naam nog verleden jaar?
  7. Vaak zijn moderne voornamen afkortingen van oudere voornamen.  Combineer in de volgende interactieve oefening iedere verkorte naam met de oorspronkelijke, langere voornaam. 
  8. Zoek de betekenis van de voornaam op van jezelf, je ouders, je broer en  / of zus en van je grootouders en noteer die in je notities.  Je kunt hiervoor gebruik maken van de volgende websites:
    1. Op de site van het Meertens Instituut (http://www.meertens.knaw.nl//) kun je van 20.000 namen de betekenis opzoeken.
    2. Ga naar http://www.behindthename.com/nmc/eng.html, als je een naam van Engelstalige oorsprong zou hebben of als je de betekenis van je naam niet zou vinden via het Meertens Instituut.
    3. Gebruik Google om sites te vinden om de betekenis van je voornaam te achterhalen. Vergelijk het resultaat van minstens drie sites met elkaar. Welke site lijkt jou het meeste betrouwbaar? Leg uit waarom.
  9. In De Morgen van 19 december 2002 verscheen de volgende top 10 van populairste meisjes- en jongensnamen. 

    Populairste meisjesnamen in 2001

    Populairste jongensnamen in 2001

    1. Amber 1. Robbe
    2. Laura 2. Thomas
    3. Julie 3. Jonas
    4. Emma 4. Robin
    5. Femke 5. Ruben
    6. Marie 6. Wout
    7. Britt 7. Jens
    8. Lotte 8. Jarne
    9. Lisa 9. Seppe 
    10. Charlotte 10. Jelle
    Bron: De Morgen, donderdag 19 december 2002 (Kim Herbots, Waarom Jef het beter heeft dan Shelly)

Combineer in de volgende oefening iedere voornaam uit deze top 10 met de juiste betekenis.

 

2.2 Onderverdeling volgens oorsprong

We kunnen de voornamen volgens hun oorsprong in de volgende categorieën onderverdelen:

2.2.1 Germaanse oorsprong

De oudste Germaanse namen bestaan uit twee delen en ze verwijzen vaak naar moed, wapens, strijdlust, overwinning, roem, enz.  De naam moest de persoon in kwestie typeren en voortbestemmen.  Soms wordt een persoon ook met een dier vergeleken en krijgt hij dan een typische eigenschap van dat dier toegeschreven.

b.v. adel + breht = Adelbrecht of 'schitterende door adel'

2.2.2 Keltische oorsprong

Keltische namen zijn vooral terug te vinden in  Ierland, Wales, Schotland en Bretagne.  Enkele Keltische namen werden in de Middeleeuwen terug populair omdat ze voorkwamen in  ridderverhalen.

b.v. (koning) Arthur, artos betekende "beer" in het Keltisch
b.v. Donald, uit het Gaelic en betekent ‘wereldheerser’ 

2.2.3 Christelijke oorsprong

Vanaf de tweede helft van de Middeleeuwen (periode van de Hervorming) braken de christelijke namen door.  Het Concilie van Trente verplichtte katholieken in de zestiende eeuw zelfs een christelijke voornaam te kiezen.

2.2.3.1 Bijbelse figuren Nieuwe Testament (vooral apostelen en evangelisten)

b.v. Mark (Marcus), Peter (Petrus), enz.

2.2.3.2 Bijbelse figuren Oude Testament

b.v. Sarah, Bram (Abraham), Eva, enz.

2.2.3.3 Heiligen

b.v. Maarten (Heilige Martinus), Katrien (Heilige Catharina), Toon (Heilige Antonius), enz.

2.2.4 Namen uit de Klassieke Oudheid (niet christelijk)

Vooral tijdens de Renaissance werden namen uit de Klassieke Oudheid (niet christelijk) populair.  Sommige humanisten verlatijnsten hun naam zelfs (b.v. Desiderius Erasmus heette in feite Gerrit Gerritszoon).

b.v. Alexander (Sandra, Sander, Alex, enz.), Agatha, Hektor, enz.

2.2.5 Vreemde namen

2.2.5.1 Franse namen

In de achttiende en negentiende eeuw waren Franse namen zeer populair.  Nu opnieuw (2003) zijn Franse namen in Vlaanderen terug populair.

b.v.  Alain, Lowie, Julie, enz.

2.2.5.2 Engelse namen

In de twintigste eeuw braken dankzij de media de Engelse namen door.

b.v. Kevin, Kelly, Candy, Eddy, enz.

2.2.5.3 Andere Europese namen: Scandinavische namen, Slavische namen, enz.

b.v. Scandinavische namen: Björn, Lars, Ingeborg, enz.

2.2.5.4 Niet - Europese namen

Dankzij reizen, migratie en het toegenomen contact met andere culturen kiezen steeds meer mensen voor een niet - Europese naam.

b.v. Ismaïl, Mohammed, Rashid, enz.

INTERACTIEVE OEFENINGEN:

3 ANTROPONYMIE: FAMILIENAMEN

3.1 Oorsprong

Oorspronkelijk had niemand die in een kleine gemeenschap leefde, een familienaam nodig.  De voornaam volstond en veel mensen hadden uiteraard ook een bijnaam, zoals nu nog steeds in kleine groepen mensen een bijnaam kunnen krijgen.  Denk maar bijvoorbeeld aan de kleine gemeenschap van een school waarbij leerlingen bijnamen geven aan hun leerkrachten.  Toen de gemeenschappen in de vroege Middeleeuwen echter groeiden, werd een toenaam nodig.

Deze toenaam werd geleidelijk erfelijk, vooral dan bij de adel die veel belang hechtte aan de afstamming.  Vanaf de 14de en 15 eeuw hadden de burgers van Gent en Brugge al vaste geslachtsnamen.  Toen de Zuidelijke Nederlanden eind 1795 onder Frans bewind kwamen, werd alle familienamen bij wet vastgelegd.  In Nederland gaf dat aanleiding tot heel wat vreemde protestnamen zoals b.v. Vollebroeck.

Opdrachten

 

3.2 Onderverdeling van familienamen volgens hun oorsprong

(1.) Verwantschapsnamen

1. Patroniemen of vadersnamen

De familienaam is afgeleid van de voornaam van de vader.

Voorbeelden:
- Adriaenssens: patroniem 'zoon van de zoon van Adriaan'
- Wielandts: patroniem van de Germ. voornaam Wieland (naam van de smid in de Onderwereld volgens de Germaanse mythologie)

2. Metroniemen of moedersnamen

De familienaam is afgeleid van de voornaam van de moeder.

Bv. Verellen: van der Ellen

3. Familierelaties

De familienaam is afgeleid van een familierelatie.

Bv. De Neve

Maak de volgende oefening over Patroniemen en Metroniemen.  Plaats naast iedere familienaam de juiste omschrijving.

 

(2.) Geografisch element

1. een aardrijkskundige naam als plaats van herkomst (inwijkelingen)

Voorbeelden:
- Uytersprot: plaatsnaam Ter Sporkt in Moorsel (B)
- Van den Maagdenberg: plaatsnaam Maagdenberg in Oostburg
- Van Huynegem: plaatsnaam Hunegem = de oude kern van Geraardsbergen
 - Langenhove: plaatsnaam Langenhove bv. in Opwijk
- Vannerum: van nerem, plaatsnaam Nerem bij wolvertem / Borgloon (L)

 

2. een beschrijving van de natuurlijke omgeving

Voorbeelden:
- Bracke: 'afkomstig van het braakland' (vaak daar de rechtsspraak)
- Du Bois: Frans 'Van het bos'
- Van den Bossche: 'Van het bos'
- Van den Velde: Van het veld of onbebouw land
- Van Driessche:         1.braakland in het derde jaar van het drieslagstelsel     2. driesprong van wegen
- Veeckman: 'man vanderveken', veken = hek, boom, weideafsluiting
- Veldeman: 'man vandevelde'

 

3. een gebouw of een woonplaats

B.v. Van Kerchove: 'wonende in de buurt van het kerkhof'

4. een plaatsbeschrijving

B.v. Van den Eynde: 'wonende op het einde'

 

(3.) Beroepsnamen

1. een beroep

Voorbeelden: 
- Beckers: kind van de bakker
- Ketels: kind van de ketelslager (ketelmaker)

2. een functie of maatschappelijke positie

Voorbeelden:
De Coster: functie van koster
De Paeper: pastoor

Maak de volgende oefening op beroepsnamen.  Plaats bij iedere familienaam het juiste beroep.

(4.) Eigenschapsnamen

1. een lichamelijk kenmerk

Bv. Magerman: mager zijn

2. een karaktertrek

B.v.  De Wilde: 'de stoutmoedige' (agressieveliingen, wilddier)

3. dierennamen (een karakter typeren)

Voorbeelden:
- Cantraine: Frans, 'zing kikker' 
- De Leeuw: 'trots zoals een leeuw'
- De Vos: 'sluw zoals een vos'

Maak de volgende oefening op eigenschapsnamen.  Plaats naast iedere familienaam de juiste eigenschap.

(5.) Vondelingen

Voor vondelingen wordt vaak nieuwe familienamen uitgevonden die vaak te maken hebben met de omstandigheden waarin ze werden gevonden.

B.v. Van de stoep

Interactieve oefeningen over de soorten familienamen:

  1. Los de volgende interactieve oefening over familienamen op.
  2. Geef in deze interactieve oefening van iedere familienaam de juiste categorie.
  3. Los het volgende kruiswoordraadsel over familienamen op.  De gezochte namen zijn allemaal familienamen van leerkrachten op het Heilige - Maagdcollege in Dendermonde.  Klik hier voor een lijst van namen van leerkrachten om uit te kiezen.
  4. Oefening 4: Combineer iedere naam uit de klas (5wewiB 2005) met de juiste verklaring.
  5. Oefening 5: Plaats iedere naam uit de klas (5wewiB 2005) in de juiste categorie.
  6. Oefening 6: Plaats iedere naam uit de klas (5ecwi 2007) in de juiste categorie.
  7. Oefening 7: Plaats iedere naam uit de klas (5lmt/lawi/mtwi/mtwe 2007) in de juiste categorie.
  8. Oefening 8: Plaats iedere naam uit de klas (5wewiB/5mtwi 2008) in de juiste categorie.

 

 

 

Surf voor meer oefeningen op Onomastiek naar Old Lark 2002 van Jan De Smedt.

Last update 14.02.2010 Copyright Koen Van Cauwenberge  All rights reserved

 

Back to the homepage